Afbeelding
Bol-an

Sara de Swart bij ‘De Hoeve’ George Breitner.

Algemeen

Met een pittige boekenbon op zak toog ik richting Larense Boekhandel. Mijn vrouw Annemarie is een forse lezer dus kocht ik voor haar een mooie roman. Voor mijzelf had ik twee boeken op mijn verlanglijstje. Jaap Versteeghs ‘Fatale kunst, Leven en werk van Sara de Swart’ uit 2016 (het was uitverkocht, maar kon het later tweedehands aanschaffen) en Brigitte de Swarts ‘Omdat de muze’, verschenen in juli 2021. Een biografie en een roman over het tragische leven van Sara de Swart (1861-1951), enig kind van welgestelde ouders dat slachtoffer werd van haar liefde voor de kunst. Sara die openlijk voor haar homoseksualiteit uitkwam, woonde van 1898 tot 1914 samen met haar lesbische vriendin Emilie van Kerckhoff (1867-1960) in villa De Hoeve, inmiddels gesloopt en verworden tot parkeerterrein van Singer Laren. De gefortuneerde beeldhouwster raakte eind negentiende eeuw als een van de weinige vrouwen bevriend met De beweging van Tachtig: jonge schrijvers die zich in een nieuw soort taalgebruik afzetten tegen de moralistische literatuuropvattingen van hun voorgangers en schilders die zich ‘impressionistisch’ en ‘naturalistisch’ afkeerden van het realisme uit de 17e eeuw. ‘Kunst om de kunst’ (L’Art pour l’Art ), het scheppen van schoonheid ter wille van de kunst zelf. Sara kocht veel kunst en tijdschriften van haar vrienden, gaf ze opdrachten en ondersteunde hen financieel. Ze omringde zich met kunstenaars als George Breitner, Isaac Israëls, Jan Toorop, Antoon DerkInderen en vele anderen. Haar belangstelling ging uit naar alle mogelijke kunstdisciplines. Het leverde haar de bijnaam ‘Muze der Tachtigers’ op. In Parijs verkeerde ze met bevriende kunstenaars als Vincent van Gogh, Émile Bernard en Odillon Redon en ontmoette ze beeldhouwer Auguste Rodin die enige keren haar werk bekeek. Ze bouwde een enorme kunstverzameling op. Het stond allemaal van 1898-1914 ‘te kijk’ in Laren. De beide boeken geven een geweldig tijdsbeeld van het kunstenaarsleven tijdens het fin-de -siècle. Hoe bijvoorbeeld schilder Eduard Kars smoorverliefd werd op Sara, maar geen schijn van kans had omdat ze lesbisch was. Kars ‘stalkte’ haar en begon uit wraak een lastercampagne. In het Amsterdamse café Suisse vond een scheidsgerecht onder ‘de Tachtigers’ plaats. Kars droop af en verliet mokkend de beweging. Sara leidde in haar Larense tijd met haar geliefde Emilie een rijk en kunstzinnig leven. Emilie was aquarellist en naaldkunstenaar. Vele beroemdheden kwamen over de vloer. Emile Bernard, Gustav Mahler, Alphons Diepenbrock en Lodewijk van Deyssel. Met Emilie reisde ze naar Indonesië, Japan, India en Egypte. Halverwege haar leven dwongen geldproblemen haar een groot deel van haar verzameling te verkopen en te ‘vluchten’ naar Italië. Haar verdriet kon ze niet uiten, zelfs niet tegen Emilie. Samen met haar vestigde ze zich in Italië; eerst in Rome, waar ze uit elkaar groeiden. Op Capri woonden ze daarna apart in het dorpje Anacapri. In 1927 in een klein atelierhuis nabij Casa Surya, gefinancierd door dichteres Henriette Roland Holst. Op 12 augustus 1951 stierf ze, 90 jaar oud. Er is niet zoveel beeldhouwwerk van Sara bewaard gebleven (Singer Laren en Kröller Müller) Wat een mooie, meeslepende boeken! Wonderbaarlijk. Duik erin en stelt u zich de vraag: was Sara de Swarts mecenaat echt een inspiratiebron voor kunstenaars of restte haar stank voor dank?

Leo Janssen.
www.bol-an.nl

Uit de krant