Afbeelding

Bisamrat

Dat we in Weesp zo prachtig aan de Vecht wonen en daardoor enorm kunnen genieten van de natuur binnen handbereik heeft ook z'n nadelen. Zo zijn er de terror-zwanen waar ik zoals u weet een speciale band mee heb. Overigens zag ik die een tijdje terug met z'n drietjes in plaats van met z'n tweetjes voorbijzwemmen, dus die zijn zich aan het vermenigvuldigen en nemen de Groene Punt deze zomer met z'n dertigen over, ben ik bang. Ik heb een keer een grote bisamrat zien zwemmen in de Vecht toen ik er nota bene zelf ook in lag en mijn dochter doodleuk riep: "Achter je, een bever!" Maar het ergste van de natuur en het milieu vind ik dat je er zo'n rekening mee moet houden. En zij niet met ons, anders was die hele evolutie heel anders gegaan, maar dit geheel terzijde.

Ik ben een brave burger. Ik scheid mijn afval en niet van mijn vrouw. De taalpuristen onder u vonden dit een leuke woordgrap naar ik hoop. Terug naar het onderwerp. Ik ben een brave burger en ik ga zoals vele Weespers vaak met mijn verschillende soorten afval naar het GAD-scheidingsstation op de Nijverheidslaan. Je weet wel, bij de Volvo linksaf. Vooral op zaterdag is dat echt een leuke ontmoetingsplek. Schreef ik vorige maand nog over eenzame Weespers: ga op zaterdag wat weggooien. 'Ontmoet iemand met een zak' zou een leuke ondertitel zijn voor op het bord van de GAD. Goed. Dit weer terzijde. Nu het lente is ben ik vaker bij de GAD dan normaal. Ik doe niet aan een lenteschoonmaak, ik doe eens per jaar aan het halveren van mijn huisraad. Ik heb sinds een paar jaar een gouden regel voor in de lente: kleding die een jaar niet gedragen is en spullen die een jaar liggen te verstoffen, moeten eruit. Dus maak ik vuilniszakken met kleding voor in de kledingcontainer, maar daar heb ik meteen een zonde op te biechten. Ik heb een keer één schoen erbij gedaan. Ik kon die andere niet vinden. Ook heb ik als ik heel eerlijk ben een keer een beetje hout bij het ijzer gegooid. Dat was mijn oude tuinschutting en dat zat echt enorm vast in elkaar. Ik voelde me - ik ben gereformeerd opgevoed - best schuldig toen ik dat deed. De meneer van het GAD in zijn groene overall - het toonbeeld van sexy - heeft ook een keer tegen mij geroepen toen ik piepschuim bij het plastic wilde doen: "Dat is geen plastic!" Ik had een laag truitje aan en wou terugzeggen "Dat klopt", maar hij bedoelde het piepschuim. Ik doe m'n best, maar het blijft lastig al dat scheiden en sorteren. Maar als er karma bestaat, word ik nooit gebeten in de Vecht door een Weesper zwaan of bisamrat.