Omdat het Moederdag was, kreeg Sem een aardbei.
Omdat het Moederdag was, kreeg Sem een aardbei. Foto: Arlette Nijhof

'Toen hij opeens begon te knabbelen aan een droog blaadje brak mijn hart'

Arlette Nijhof uit Laren ontfermt zich sinds ruim twee weken over Sem, een lief klein eekhoorntje dat op Moederdag moederziel alleen - voor dood - op straat lag.

LAREN Het is een drukke bedoening in de achtertuin van de familie Nijhof aan de Hein Keverweg. Niet alleen de bonte specht, een egelduo en tal van vogels hebben een onderkomen in de tuin, maar sinds kort heeft het gezin - en dan vooral moeder Arlette - zich ontfermd over een eekhoornjong. "We hebben het diertje Sem genoemd. Geen idee of het een mannetje of vrouwtje is", lacht Arlette Nijhof.

Ze vond Sem op Moederdag toen ze terugkwam van een boodschap bij Albert Heijn. Normaal fietst ze altijd achter Singer langs, maar vanwege het vele verkeer pakte ze nu de route die voor het theater-museum loopt. "Het was daar een drukte van belang. Auto's reden af en aan", herinnert ze zich. "Plots zag ik oranje poep liggen. Dat vond ik vreemd. Toen ontdekte ik dat 'de poep' een staartje had. Het bleek een baby-eekhoorn van nog geen vijf centimeter groot en nog geen ons zwaar. Het zat midden op de weg in het zonnetje. Er zat geen leven meer in. Met mijn schoen schoof ik het diertje opzij. Ik wilde het niet met mijn handen aanraken, want als de moeder een ander luchtje aan haar kind zou ruiken, zou ze het direct verstoten. Toen hij opeens begon te knabbelen aan een droog blaadje brak mijn hart."
Ze belde haar echtgenoot Maarten: "Je moet snel komen met een emmer." Na drie pogingen lukte het met behulp van een theedoek om het kleintje in de emmer te krijgen. Eenmaal thuis werd de waterbak schoongemaakt en eekhoornvoer ("we voeren de eekhoorns al ruim tien jaar") neergezet. Nijhof: "Hij was er slecht aan toe, maar begon te eten als een bootwerker." Ze kon het diertje van zo'n vier weken oud tot op wel dertig centimeter afstand benaderen. "Hij verblikte of verbloosde niet. Dat is nu gelukkig anders: hij wordt schuwer." De eerste dagen kon de baby-eekhoorn niet in de boom klimmen en viel hij bij het drinken met zijn snuitje in het water.
Overigens moet Sem de tuin wel delen met twee andere jonge eekhoorns. Nijhof denkt dat dit nestgenootjes zijn, omdat ze - tegen het gedrag van eekhoorns in - elkaar besnuffelen en niet direct voor elkaar op de vlucht slaan. "Ze zitten vaak samen bij het etensbakje." Dat staat nu nog op de grond omdat ze het klepje van het speciale voederbakje dat aan de dikke eik is bevestigd, nog niet open kunnen krijgen. Het restvoer in de bakjes wordt door de egels opgegeten. "Daar zijn we blij mee, want zo houden we het ongedierte uit de tuin."
De Larense heeft overigens op de avond van haar vondst direct contact gezocht met de eekhoornopvang in Lunteren voor advies. Die hadden er een hard hoofd in qua overlevingskansen, maar het is Nijhof tot op heden gelukt. Van het schouwspel geniet ze elke dag. "We hebben al jaren de 'oude grijze' met een mottig staartje en de hele grote (waarbij je denkt: wow, wat komt daar van de boom) die licht van kleur is ('de gele'), maar dit hebben we nog nooit meegemaakt. Het is zo schattig!"