Liesbeth Boersen tussen de bloemenhulde.
Liesbeth Boersen tussen de bloemenhulde. Foto: © Bob Awick

Liesbeth Boersen vertelt waarom ze ontslag heeft genomen als wethouder

Liesbeth Boersen legt uit waarom ze ontslag heeft genomen als wethouder en dat ze zich niet herkent in de kritiek van VVD, D66, Democratisch Alternatief Blaricum en twee eenmansfracties.

BLARICUM Natuurlijk vind Liesbeth Boersen (65) het jammer dat ze zich gedwongen voelde om door de kritiek te moeten vertrekken. Maar was dit echt voldoende reden om haar op dinsdag 16 februari weg te sturen als wethouder van de gemeente Blaricum?

“Toen mijn ontslag bekend werd, ben ik overstelpt met hartverwarmende appjes, mailtjes en telefoontjes en een ware bloemenhulde de volgende dag. Dat voelt fijn. De vraag echter, die als een rode draad door deze reacties liep, was: wat is er gebeurd, waarom zag jij je genoodzaakt af te treden? En omdat ik het politieke speelveld niet wil verlaten zonder ook hierin open en transparant te zijn en om suggestieve aannames te voorkomen, vertel ik mijn verhaal."

Motie van wantrouwen

“Op vrijdagmiddag 12 februari werd door acht leden van de raad (een krappe meerderheid) een interpellatiedebat aangevraagd. Schijnbaar met het doel helderheid te verkrijgen over een twaalftal onderwerpen. Opmerkelijk was dat deze issues allemaal recent of al langer geleden door mij beantwoord waren. De interpellatie eindigde met de woorden, samengevat: ‘Als wij de antwoorden van de wethouder onvoldoende achten, houden we ons het recht voor een andersoortige motie in te dienen.' Een goed verstaander hoort hier ‘motie van wantrouwen’. Omdat ik in de loop van de tijd al op deze vragen een antwoord had gegeven, concludeerde ik dat er werd gevraagd naar de bekende weg met een heel ander doel, namelijk 'reden’ te hebben om een motie van wantrouwen in te dienen. Die zou door een krappe meerderheid, acht van de vijftien, aangenomen worden. Ik heb toen de eer aan mijzelf gehouden en mijn ontslag ingediend.”

“Wat waren dat nu voor vragen. Met andere woorden: waaruit bestond de kritiek? Een heel scala en over meerdere jaren (beginnend in 2016) uitgesmeerd, variërend van aandacht vragen voor een bestuurlijk foutje mijnerzijds jaren geleden, ambtelijke vergissingen waarvoor uiteraard ik als bestuurder wel verantwoordelijk ben (let wel, waar gewerkt wordt, vallen spaanders) tot kritische noten over mijn houding ten aanzien van participatie. Verder kreeg mijn dossierkennis van riolering een onvoldoende en zouden bepaalde projecten te moeizaam op gang zijn gekomen. Opmerkelijk was de kritiek op de sociale nieuwbouw op het terrein van de voormalige brandweer aan de Verbindingsweg. Nota bene een project waarvan de raad zelf van tevoren alle randvoorwaarden unaniem had vastgesteld en dus precies wist wat er gebouwd zou worden. Alles overziende, stuk voor stuk geen aanleiding voor een motie van wantrouwen. Het lijkt er echter op dat de acht ondertekenaars al deze issues in de loop van de tijd hebben verzameld, in een mandje hebben gegooid en toen zij het mandje vol genoeg vonden mij op een ‘oeuvre motie van wantrouwen’ wilden trakteren.”

Te eerlijk geweest

'Een goed verstaander hoort hier ‘motie van wantrouwen’'

"Naar de reden van mijn wegsturen, kan ik alleen gissen. Er is blijkbaar een sfeer ontstaan waarbij er geen vertrouwen meer is bij een meerderheid van de raad in mijn functioneren. In het belang van Blaricum kan ik dan maar één conclusie trekken. Hoe hard ik ook heb gewerkt, dit werkt niet meer. Wellicht ben ik te eerlijk geweest, heb ik de raad er net iets te vaak op geattendeerd dat vooral het algemeen belang moet worden gediend. Misschien had ik als wethouder meer kennis omdat ik ondersteund wordt door ambtenaren.”

Gedwongen om te vertrekken

"Natuurlijk vind ik het jammer dat ik mij gedwongen voel om op deze manier te vertrekken. Het lijkt bijna een onmogelijke taak voor mijn opvolger zich zo snel in te werken dat de planning van de lopende projecten er niet onder zal lijden. Ook al doe ik dit in het belang van Blaricum, ik ben bang dat inwoners hier uiteindelijk door benadeeld worden.”
“Ook al is het nog vers, ik heb er vrede mee dat het nu stopt. Eindelijk, na bijna zeven jaar als wethouder, niet meer dagelijks de last en verantwoordelijkheid voor mijn dorp te voelen. Nu heb ik tijd voor mijn kinderen en vijf kleinkinderen, geen drie avondvergaderingen in de week meer waardoor ik in het verleden belangrijke wedstrijden van Ajax miste, en eindelijk een echt vrij weekend zonder het lezen van de dossierstukken voor de aanstaande week. Terugkijkend kan ik stellen dat, als ik mijn leven over kon doen, ik het op dezelfde manier zou inrichten. Hoewel met ups en downs, het waren dertig prachtige jaren. Ik ben blij dat ik wat heb kunnen betekenen voor mijn dorp Blaricum en ben trots op wat ik heb gedaan.”

Opvolger

De Blaricumse Partij heeft Maria Klingenberg van Liberaal Laren voorgedragen als opvolger van Liesbeth. "Maria heeft veel bestuurlijke en politieke ervaring en is bekend met de BEL Combinatie", aldus de fractievoorzitter van De Blaricumse Partij. "Ze is al jarenlang actief in de Larense politiek, waarvan tien jaar als wethouder."