Bosuil.
Bosuil. Foto: Bart Siebelink

Mysterieuze bosbewoners

De komende weken wordt het steeds stiller in het bos. Vanaf nu gaan veel dieren in winterslaap. Maar de bosuil zeker niet! Deze uil is dan juist heel actief en je hoort ‘m ook regelmatig roepen in de avond, nacht en vroege ochtend. De roep betekent letterlijk: dit is mijn territorium. Het klinkt wat spookachtig en wordt ook graag gebruikt in griezelfilms. Het mannetje roept met een hoog "hoe… hoe-hoe-hoe-hoeeee…", met variaties. Het vrouwtje antwoordt met "ke-wik"!

De bosuil is de meest voorkomende uilensoort in Europa en ook in Nederland. Je komt hem op veel plekken tegen, in onze regio ook in boomrijke villawijken. Bossen hebben echter zijn voorkeur, zoals het Spanderswoud ten noordwesten van Hilversum.

Bosuilenpaartjes zijn trouw; ze blijven het hele jaar samen op dezelfde plek. Broeden doen ze in februari-maart. Kleine bosuilen oefenen eerst op een tak voordat ze uitvliegen, waardoor hun bijnaam ‘takkeling’ is. Soms vallen ze naar beneden. Vind je een takkeling, zet hem dan weer ergens op een tak. Ze zijn vaak prima in staat weer zelfstandig de boom in te fladderen.

Tip om een bosuil te spotten: in sommige bomen, zoals beuken, zitten soms grote gaten. Daar zat vaak ooit een dikke tak die is afgebroken. Als je geluk hebt kun je overdag in zo’n gat een slapende of dommelende bosuil zien zitten. Zeker nu de bomen steeds minder blad hebben. Omhoog kijken dus als je de komende tijd in het bos bent!

Doe-hoe-hoeg!

John Didderen,
boswachter

Afbeelding