Pastoor Jan Vriend
Pastoor Jan Vriend Foto: Leo Janssen

De zondagochtendwandeling met Snoetje is altijd van een grote rust, schoonheid en dorpsgevoel. 750 zakdoekjes die tijdelijk herinneren aan de Holocaust wapperen in de zon tussen de kathedrale bomen van de Brink.

Een oudere dame stapt, net zoals iedere week, in haar donkerbruine mantel met dito hoedje en tas over haar arm richting de basiliek. Klokken beieren eerst aarzelend en dan in een opkomend ritme het dorp wakker. Voor het kerkplein de voorzitter van de Broederschap van Sint Jan Ton Vos, zijn sjerp opgevouwen in de hand. ‘Een Broederschap-mis', vraag ik. ‘Nee, communiefeest', antwoordt hij. ‘Dan loop ik snel met Snoetje naar Annemarie en kom terug om foto's te maken.' Een uur later zie ik dat het moment zover is dat pastoor Nico van der Peet klaarstaat om vijf kleintjes hun Eerste Heilige Communie te geven. Een feestelijk gevoel, zoals ik het mij zelf herinner. Ik loop via de zijkant en zo min mogelijk geluid makend naar voren, maak foto's van de communicantjes en loop terug via de banken van de Broederschap. De voorzitter draait zijn hoofd naar mij toe en fluistert dat eerder in de mis is medegedeeld dat Jan Vriend, ruim veertig jaar pastoor in onze parochie, de afgelopen nacht is overleden. Ondanks dat ik wist dat hij in een hospice was opgenomen, verbijstering. Naar huis teruglopend denk ik aan de laatste keer dat ik hem zag. Een markant beeld. In die lange beige regenjas kaarsrecht fietsend door het dorp: in zichzelf gekeerd. ‘Maar hij zag alles', zegt Annemarie ‘Zoals die keer bij Albert Heijn: ‘Hoe is het met Leo?' Thuis zoek ik de foto's op van de vele momenten die we samen en vaak ook met Karel Loeff erbij hebben meegemaakt. Ik sprak hem uit respect altijd aan met ‘mijnheer pastoor' en naarmate het gesprek vorderde, werd u, jij. In de auto op weg naar kunstbeurzen als TEFAF in Maastricht en BRAFA in Brussel of andere galeries en musea, spraken we over het dorp, het reilen en zeilen in katholiek Nederland, het Vaticaan, zijn paard, het Sint Jansboek, en hij vertelde over zijn eigen leven. Hoe hij - tot priester gewijd in 1978 - begon als pastoraal werker bij de Open Deur in Amsterdam, een vooruitgeschoven post van de kerk voor niet-katholieken die op zoek waren naar zingeving. In 1981 werd hij door de bisschop naar Laren gestuurd, waar twee partijen rond de aloude Sint Jansprocessie recht tegenover elkaar stonden: traditionalisten en een groep die versobering wenste. Met zijn ‘stille diplomatie’ was hij bindend en wist beide partijen te verenigen en zo de processie te redden. Ook was hij in het bisdom lid van het bestuursorgaan, het ka­the­draal kapit­tel, de pries­ter­raad en was hij vica­ris voor wel­zijn, li­tur­gie en ker­ke­lijke kunst, waarbij hij herinrich­tingen van kerken beoordeelde. De pastoor was een groot kunstkenner en liefhebber. Ik zei weleens tegen hem dat hij net zo goed kunsthandelaar zou kunnen zijn geweest. Onder zijn leiding werd de basiliek met vele vrijwilligers vakkundig gerestaureerd en gaf hij ruimte voor herdenking van de slachtoffers van de vliegramp Faro (1992) en plaatste hij op het Sint Janskerkhof het Monument voor ongeboren kinderen. Daarnaast organiseerde hij fondsen voor meerdere scholen in Zuid-India en leidde acties voor projecten in Zuid-Afrika. Terecht werd hij daarom Ridder in de Orde van Oranje-Nassau, ere-kanunnik en kreeg hij de erepenning van de gemeente Laren. ‘U hebt uw functie, en daarmee ook de last die daarmee samenkomt, alleen gedragen, 41 jaar lang. Daarmee heeft u voor Laren een enorm offer gemaakt. Daarvoor wil ik u namens alle inwoners een diep respect betonen’, aldus burgemeester Nanning Mol. 

Maandagmorgen liep ik weer met Snoetje richting basiliek en keek naar het krachtige Sint Jansbeeld van Daphné du Barry. Binnen zes weken had de pastoor het geld ervoor bij elkaar gekregen: ‘Johannes, de patroon van ons dorp’, krachtig, maar ook bescheiden. Met een duidelijk beeld voor ogen. Dat gold evenzeer voor pastoor Vriend. Met zijn visie en verhaal legde hij de basis voor een toekomst waarop pastoor Nico van der Peet verder kan bouwen. In Jan Vriend heeft ons dorp een markante en scherpzinnige persoonlijkheid verloren. A Dieu, pastoor.